Klassiek ballet
Klassiek ballet is bekend over de hele wereld. Het is de oudste vorm die er van ballet bestaat en vindt zijn oorsprong in Italië, waar koning Lodewijk XIV in 1661 de eerste balletacademie oprichtte omdat hij zo van dansen hield.
Kleding
Traditioneel gezien dragen vrouwen vaak een balletpakje met een panty, meestal in de kleur roze. Soms zie je ook een tailleband en eventueel een rokje van tule. Met de tailleband kan de danseres in de gaten houden of haar houding nog rechtop is, en het ondersteunt het aanspannen van de buikspieren. Mannen (en jongens vanaf de leeftijd van 12) zie je meestal met een dancebelt, maar deze dagen zie je ook steeds vaker een soort zwempakken. Als schoenen gebruiken veel balletdansers spitzen, zodat ze op de bovenkant van hun tenen kunnen staan.
Posities
In de eerste positie staan de hielen aan elkaar en de voeten en benen staan naar buiten gedraaid. Vanuit deze houding ga je naar de tweede positie en schuif je naar buiten. Ga over naar de derde positie waarbij de hiel in de wreef wordt geschoven van de andere voet, en hou allebei de benen gelijkmatig naar buiten gedraaid.
Bij de 4e positie doet de danser eerst de 5e positie, waarbij hij of zij twintig centimeter naar voren schuift. De 5e positie houdt in dat de voorste voet door de danser aangesloten wordt aan de voet die achter staan. Hierbij komt het voor dat beide voeten naast elkaar parallel zijn – de danser mag zich niet forceren. In de zesde positie zijn de voeten naast en tegen elkander opgesteld.
De derde positie wordt door ervaren balletdansers eigenlijk altijd overgeslagen, die meteen overgaan tot de vijfde positie. Jonge dansers en danseressen doen wel de derde positie.